FAQ werkgever
Toeslag voor fysiek belastende omstandigheden (wijziging per 2 sept 2019)
Als er in de CAO die u volgt, sprake is van een toeslag voor fysiek belastende omstandigheden (bijv. werken onder lage of hoge temperaturen, werken met gevaarlijke stoffen, of vuil werk) dan gelden deze met ingang van 2 september 2019 óók voor de uitzendkracht. (De Cao’s van de slagers- en bakkersbedrijven plus Transport Logistiek Nederland kennen bijvoorbeeld een toeslag voor fysiek belastende omstandigheden (zoals koudetoeslag))
Kennisgevingstermijn (wijziging per 30 dec 2019)
Wanneer een uitzendkracht 26 weken aan het werk is mèt uitzendbeding, moet hij/zij 10 dagen vóórdat het werk ophoudt, daarover worden geïnformeerd. Als men zich niet houdt aan de kennisgevingstermijn, is er een vergoeding aan de uitzendkracht verschuldigd ter hoogte van het loon over de niet in acht genomen kennisgevingstermijn.
Opzegtermijnen (wijziging per 30 dec 2019)
Voor uitzendovereenkomsten voor bepaalde en onbepaalde tijd gelden bij (tussentijdse) beëindiging de wettelijke opzegtermijnen.
Inlenersbeloning (wijziging per 30 dec 2019)
De inlenersbeloning gaat gelden voor alle uitzendkrachten dus ook voor de vakantiewerkers. Alleen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt en schoolverlaters zonder startkwalificatie kan een afwijkend loongebouw (met periodieke verhogingen) worden gebruikt. Zij ontvangen wèl de toeslagen, Arbeidsduurverkorting en kostenvergoedingen zoals die gelden bij de inlener. Deze uitzendkrachten ontvangen na 26 weken een periodieke verhoging van 2,25%.
Reisuren (wijziging per 30 dec 2019)
Uitzendkrachten krijgen voortaan ook een vergoeding voor aan het werk verbonden reisuren mits de opdrachtgever een regeling voor vergoeding van reisuren kent (onderdeel van de CAO).
Ziekte (wijziging per 30 dec 2019)
Bij ziekte wordt in het eerste jaar het loon tot 90% en in het tweede jaar tot 80% aangevuld.
Vakantiebijslag (wijziging per 30 dec 2019)
De vakantiebijslag wordt verhoogd van 8% naar 8,33%. Vakantiebijslag wordt berekend over het feitelijk loon over: gewerkte dagen, vakantiedagen, feestdagen; dagen waarop de uitzendkracht arbeidsongeschikt is, compensatie-uren en de uren waarop de uitzendkracht bij het wegvallen van de uitzendarbeid recht heeft op loondoorbetaling.
Vakantiedagen (wijziging per 30 dec 2019)
Alle uitzendkrachten krijgen voortaan recht op 25 vakantiedagen (NBBU voorheen 24 dagen). Vakantiewerkers hebben slechts recht op het wettelijk aantal vakantiedagen.
Feestdagen (wijziging per 30 dec 2019)
Bij de toekenning van feestdagen wordt verduidelijkt wanneer er recht bestaat op doorbetaling van de feestdag. Als het niet duidelijk is of op de feestdag normaliter door de uitzendkracht zou zijn gewerkt, moet worden gekeken naar het bestendig arbeidspatroon. Hiervan is sprake als op 7 dagen waarop de feestdag valt in de voorafgaande 13 weken is gewerkt op die dag.
Verlof (wijziging per 30 dec 2019)
Het geboorteverlof (1 x het aantal arbeidsuren per week voor de partner) en verlof voor het afleggen van een vakexamen zijn aan de CAO toegevoegd. Geboorteverlof moet binnen 4 weken ná de geboorte worden opgenomen.
Payroll uit de uitzend-CAO (WAB per 1 jan 2020)
Per 1 januari vallen payroll-krachten niet meer onder de uitzend-CAO maar rechtstreeks onder de CAO van de inlener. Payrollovereenkomsten voor bepaalde tijd die zijn aangegaan vóór 1 januari 2020, eindigen gewoon van rechtswege. Hier is dus niet direct per 1 januari de ketenregeling van de opdrachtgever op van toepassing. Hierbij geldt overigens wel dat de arbeidsvoorwaarden die na 1 januari 2020 gaan gelden op grond van de WAB minimaal gelijk moeten zijn aan de arbeidsvoorwaarden uit de CAO van de inlener.
Oproepkrachten (WAB per 1 jan 2020)
Als de oproep binnen 4 dagen vóór de start van de werkzaamheden wordt afgezegd of verschoven, moet de werkgever het loon doorbetalen op basis van de eerdere oproep. Deze periode van 4 dagen kan bij CAO worden teruggebracht tot maximaal 24 uur.
Als de oproepkracht 12 maanden aan het werk is, moet hij/zij een aanbieding krijgen voor een vast aantal uren. Dat aantal uren is dan gebaseerd op het gemiddelde over de voorafgaande 12 maanden.
Ketenregeling (WAB per 1 jan 2020)
Straks mogen er door de werkgever weer maximaal 3 contracten binnen een periode van 3 jaar worden gegeven.
Ontslagrecht (WAB per 1 jan 2020)
Om een vaste medewerker te kunnen ontslaan, mogen er meerdere redenen worden gecombineerd in één ontslagaanvraag. Wanneer men hiervoor kiest, houdt dit wel in dat de kosten vele malen hoger zullen zijn dan dat er gekozen wordt voor één ontslaggrond.
Transitievergoeding (WAB per 1 jan 2020)
Voorheen had iedere werknemer, vanaf een 2-jarig dienstverband, recht op een vergoeding wanneer zijn/haar dienstverband werd beëindigd. Per 1 januari gaat de teller niet na twee jaar maar direct vanaf dag één lopen.
WW premie (WAB per 1 jan 2020)
De sectorpremies komen te vervallen dus deze zijn niet meer relevant voor de WW-premiestelling.
Werkgevers gaan voor werknemers met contracten voor onbepaalde tijd 2,94% WW premie betalen. Voor iedereen die niet in vaste dienst is, wordt de premie voor de WW 7,94%.